Vandaag ben ik tot koningin gekroond
Het belooft een gouden dag.
Ranken van de druif
wapperen als slingers
door de zonnestralen.
De kroon die mijn hoofd siert,
is gevlochten van korenbloem en kamille.
Mijn gevolg zijn Pad, Reiger, Ezel, Wolf en Beer.
Wij spelen als kinderen
in de wei met gele margrieten.
Ons lachen is het plezier
van de wind, die ritselt
door het rijpe mais.
Overal om ons heen
bedekt de dag haar gouden stof
als een onverbroken belofte.
Onze harten ontvouwen,
lachen iedereen toe die aangeraakt
en onaangeraakt willen zijn.
Als koningin mag ik kleine
wonderen uitdelen.
Ik verpak geluk in zijden linten,
Deemoed in satijn,
Wijsheid in bladgoud en
Vruchtbaarheid in een zilveren koker.
Alle letters van de talen
verdeel ik in zakjes
bijenkorfpapier.
Er is genoeg voor iedereen.